Coen van der Hoeven: "Altijd in beweging"


 Coen van der Hoeven is techniektrainer bij ADO Den Haag en heeft daarnaast zijn eigen voetbalschool. De nuchtere Hagenees heeft weinig op met specialistische methodes. Hij geeft brede trainingen waarbij het accent ligt op hoge snelheid en continue beweging.  In het moderne voetbal kun je niet gaan staan nagenieten van je mooie passje. 

In een uitgebreid artikel van Trainersmagazine komt partner van P4P uitgebreid aan het woord. "Techniek is uiteindelijk beslissend", zegt techniektrainer Coen van der Hoeven (49). "Tactiek gebruik je alleen als je tekortkomt. Maar als je als ploeg fysiek gelijkwaardig bent aan je tegenstander, en technisch veel vaardiger, zul je altijd winnen. 

"In het moderne voetbal kun je gewoon niet meer stilstaan , vertelt Van der Hoeven na afloop. "Tegenwoordig moeten midden-
velders rouleren, backs opkomen, enzovoort. Je kan niet gaan staan nagenieten van je mooie passje. Veel bewegen vereist ook goed kunnen lopen, motorisch gezien. Daarom starten we met loopcoördinatie. Je hoeft niet supersnel te zijn, maar wel atletisch. Eén aspect is op je voorvoeten lopen zodat je niet achterover helt. Goed kunnen lopen is vooral een voordeel voor kleine spelers. Door veel bewegen kun je je gebrek aan lengte wegfoefelen."

Van der Hoeven varieert binnen de onderdelen veel. Zo zijn er bij het passen/trappen verschillende uitvoeringen, waaronder een met een lange bal. "Op de training probeer je een wedstrijd na te bootsen al lukt dat nooit helemaal. In de wedstrijd krijg je ballen over twee meter en over vijftien meter, dus dat verwerk ik in het passen/trappen." Dan het positiespel. Van der Hoeven vraagt zijn spelers retorisch wat bij dit onderdeel het belangrijkst is. "Balbezit!" klinkt het. Endaarna? "De rustpass." En tot slot? "De derde man vinden." De aanwzijngen worden dus vragenderwijs overgebracht. Van er Hoevens coaching tijdens de oefening zelf is gericht op het behoud van concentratie en continue beweging.

Zelf maakt Van der Hoeven zo’n achttien vlieguren per week. "En altijd met plezier. Het mooiste is werken met de echte topta-
lenten. Ik geef in de zomer- en winterstop individuele training aan jonge spelers van grote clubs. Zo heb ik Kyle Ebecilio, Tonny Vilhena en Karim Rekik onder mijn hoede gehad. Sommigen komen nog steeds, ook al zijn ze al twintig. Ik stoom ze klaar voor de (her)start, ook fysiek en conditioneel. Zulke spelers komen graag bij me trainen, vinden hetleuk en leerzaam. Wat ze echt leren is natuurlijk beperkt. Zij hebben een hoger niveau dan ik ooit gespeeld heb. Zonder mij waren ze er ook wel gekomen. Maar mooi is het zeker."


vorige pagina


Tweets